Na diabetische retinopathie is dit de meest frequente retinale vasculaire aandoening.
Men onderscheidt 2 types
- centrale retinale veneuze occlusie
- retinale veneuze takocclusie
Oorzaak en manier van ontstaan
In de retina kruisen slagaders en aders elkaar op bepaalde punten. Verdikking van de slagaderwand door aderverkalking oefent een compressie uit op de naburige ader zodat een trombose ?kan ontstaan. De oorzaak is dus totaal verschillend van vb. een trombose ?van een grote ader elders in het lichaam.
Risicofactoren
- leeftijd
- hoge bloeddruk
- hypercholesterolemie
- diabetes
- orale contraceptie
- verhoogde intraoculaire druk
- roken
Symptomen en diagnose
Niet-ischemische retinale veneuze occlusie (bevloeiing bewaard)
Plotse matige unilaterale vermindering van het zicht. Er zijn matig intense bloedingen te zien op het netvlies en verdikking en tortuositeit van de retinale aders. Er is zwelling van de oogzenuw en de macula. De prognose is vrij goed met volledige of bijna volledige recuperatie van het zicht in 50% van de gevallen na 6-12 maanden.
Ischemische retinale veneuze occlusie (bevloeiing beschadigd)
Plotse sterke unilaterale vermindering van het zicht. De afwijkingen ter hoogte van het netvlies zijn dezelfde als de niet-ischemische vorm maar meer uitgesproken. Delen van het netvlies zijn definitief beschadigd door zuurstoftekort. De prognose voor recuperatie van het zicht is zeer slecht.
De niet bevloeide delen van het netvlies maken een stimulus (VEGF?) aan voor de groei van nieuwe bloedvaten. Deze veroorzaken obstructie van de afvoerkanalen van het oog zodat de oogdruk stijgt (neovasculair glaucoom).
Het verschil tussen beide vormen wordt bevestigd met een fluoangiografie? en een OCT? onderzoek.
Behandeling
Risicofactoren
Het opsporen van risicofactoren is belangrijk omdat deze andere complicaties in het lichaam kunnen veroorzaken. Aangezien de oorzaak bij deze aandoening niet ligt bij een verhoogde stollingsneiging van het bloed, zijn bloedverdunners meestal niet aangewezen. Bloedverdunners kunnen wel nuttig zijn als er andere risicofactoren vastgesteld worden.
Zwelling van het netvlies (maculair oedeem)
Dit is verantwoordelijk voor vermindering van het zicht wordt veroorzaakt door verhoging van de permeabiliteit van de retinale bloedvaten. Behandeling hiervoor gebeurt met medicatie: Anti-VEGF? of steroïden. Beide dienen door een intravitreale injectie in het oog ingespoten te worden. Behandelingen dienen gedurende verschillende maanden regelmatig herhaald te worden.
Ontwikkeling van nieuwe bloedvaten
Aangezien deze risico vormen voor bijkomende complicaties is de behandeling noodzakelijk. Grote delen van het netvlies die niet meer bevloeid worden en verantwoordelijk zijn voor de stimulus tot nieuwvaatvorming (VEGF?) dienen met laser vernietigd te worden. Meestal gebeurt dit in 3-4 sessies op de raadpleging.
Ontwikkeling van neovasculair glaucoom
In dit geval is laserbehandeling soms onvoldoende. Deze aandoening geeft vaak pijnsymptomen en daarom dient de oogdruk in het oog verlaagd te worden. Dit gebeurt met een bevriezing van het corpus ciliare?. Deze behandeling zal echter niet leiden tot een verbetering van het zicht aangezien het netvlies definitief beschadigd is.