Irisprolaps – Herkennen, begrijpen en aanpakken

Oorzaken en risicofactoren

Oorzaak:

• Overdruk in de voorste oogkamer

• Belangrijk: een irisprolaps ontstaat nooit spontaan – er is altijd sprake van verhoogde intraoculaire druk.

Risicofactoren:

• Slechte wondconstructie

• Floppy iris

Hoe ontstaat een irisprolaps?

Na de hydrodissectie kan een irisprolaps optreden wanneer de voorste oogkamer wordt overvuld.
Dit gebeurt meestal door:

• Onvoldoende druk op de posterieure lip van de hoofdincisie, waardoor visco-elastisch materiaal en BSS niet correct kunnen ontsnappen.

• Hierdoor stijgt de intraoculaire druk → de iris wordt door de incisie naar buiten gedrukt.

Wanneer men dan de iris probeert terug te duwen zonder eerst de overdruk te corrigeren, ontstaat vrijwel altijd een recidief.

Daarnaast leidt manipulatie of zelfs lichte aanraking van de iris tot:

• Beschadiging van het irisweefsel

• Pigmentverlies

• Postoperatief: onregelmatige pupil en fotofobie (door iristranslucentie)

Stap-voor-stap aanpak

1. Herken het probleem

• Oog voelt hard aan → wijst op overdruk.

2. Corrigeer eerst de overdruk

• Niet rechtstreeks de iris manipuleren

3. Drukverlaging – praktische uitvoering

Gebruik bij voorkeur bimanuele irrigatie/aspiratie (I/A):

• Breng enkel de aspiratiecanule in het oog (zonder irrigatie!)

• Aspireer voldoende visco-elastisch materiaal en BSS

• Beweeg de canule voorzichtig over de hele voorkamer

• Stop zodra het oog voldoende zacht aanvoelt

Let op: vermijd volledige collaps van de voorste kamer.

4. Laat de iris spontaan terugkeren

• Na drukverlaging keert de iris vaak spontaan terug in de voorkamer.

• Indien nodig: tangentiële massage op de incisie om de iris voorzichtig terug te plaatsen.

• Nooit direct duwen of trekken aan de iris!

Wat je niet moet doen

• Niet drukken op de paracentesis: dit geeft zelden voldoende drukverlaging.

• Vermijd volledige collaps van de voorkamer

• Vermijd zoveel mogelijk directe manipulatie van de iris

Preventie – Hoe voorkom je een recidief van de irisprolaps

Tijdens hydrodissectie

• Druk op de posterieure lip van de incisie om afvloei van vloeistof mogelijk te maken.

• Vermijd overvulling van de voorste oogkamer.

Tijdens de ingreep

• Werk in een waterdicht systeem:

  • Controleer of incisies goed sluiten.

  • Plaats indien nodig een tijdelijke of definitieve hechting.

  • Overweeg een extra incisie indien verder gebruik van de eerste incisie tot bijkomende beschadiging zou leiden

• Breng een laagje dispersief visco-elastisch materiaal aan boven de iris.

• Start inflow pas wanneer de phacocanule in het oog zit (CAVE cornea^?le verbranding).

• Bij bimanuele irrigatie/ aspiratie: begin met een beetje aspiratie, daarna pas de irrigatie inbrengen – zo voorkom je kortstondige overdruk.

• Vermijd dat de geprolabeerde iris langdurig aan flow wordt blootgesteld: dit leidt tot pigmentverlies

Aan het einde van de ingreep

• Overweeg een mioticum

• Controleer of de incisies goed gesloten zijn.

Samenvatting

Gelieve de ondertiteling aan te zetten tijdens de video